Nieuwe richtsnoeren staatssteun voor milieu en energie in vogelvlucht

Op 9 april 2014 heeft de Europese Commissie de nieuwe Richtsnoeren staatssteun voor milieu en energie 2014-2020 (“Richtsnoeren“) aangenomen. De Richtsnoeren vervangen de Richtsnoeren staatssteun milieubescherming uit 2008 (PbEU 2008, C 82/1) en treden in werking op 1 juli 2014. De Richtsnoeren maken onderdeel uit van de omvangrijke moderniseringsoperatie van de staatssteunregels die de Commissie in 2012 is gestart en moeten de lidstaten ondersteunen bij het realiseren van de klimaatdoelstellingen in 2020 op een wijze die in overeenstemming is met de uitgangspunten van de interne markt. Uit de Richtsnoeren blijkt duidelijk welke vraagstukken op dit moment spelen en die een belemmering kunnen vormen voor de totstandkoming van de interne energiemarkt.

Op 18 december 2013 heeft de Commissie de concept-Richtsnoeren (‘concepttekst’) gepubliceerd en ter consultatie voorgelegd. Dit heeft tot veel reacties in de lidstaten geleid, met name voor wat betreft het ingenomen standpunt dat subsidiering van hernieuwbare energie niet langer het uitgangspunt mag zijn. Daarnaast is op dezelfde dag een concept voor een nieuwe “Algemene Groepsvrijstelling voor Staatssteun” gepubliceerd waarin verschillende categorieën van milieu- en energiesteun zijn opgenomen.

In de Richtsnoeren wordt naast een verduidelijking van de regels die al in de Richtsnoeren uit 2008 stonden, ingegaan op staatssteun ten behoeve van:
• de opwekking van hernieuwbare energie;
• de energie-intensieve industrie;
• het garanderen van leveringszekerheid (capaciteitsmechanisme);
• aanleg van energie-infrastructuur.

In dit artikel geven wij een kort en bondig overzicht van de meest relevante en in het oog springende wijzigingen zoals deze zijn opgenomen in de thans gepubliceerde tekst ten opzichte van de eerder gepubliceerde concepttekst.

Drempelbedragen

Individuele steun die wordt toegekend behoeft niet te worden aangemeld indien:

• de steun, ongeacht het bedrag, is toegekend op grond van ‘competitive bidding’. Onder competitive bidding wordt verstaan: ‘a non-discriminatory bidding process that provides for the participation of a sufficient number of undertakings and where the aid is granted on the basis of either the initial bid submitted by the bidder or a clearing price. In addition, the budget or volume related to the bidding process is a binding constraint leading to a situation where not all bidders can receive aid’. Deze grond is een toevoeging ten opzichte van de in december gepubliceerde concepttekst.

• het bedrag aan steun onder de drempelbedragen genoemd in de Richtsnoeren valt. Opvalt dat in vrijwel alle gevallen de drempels hoger zijn vastgesteld dan in de concepttekst was opgenomen. Voorbeelden van verhogingen zijn: investeringssteun (is EUR 15 miljoen, was EUR 7,5 miljoen), exploitatiesteun voor de productie van hernieuwbare elektriciteit en/of met WKK geproduceerde duurzame warmte (is 250 MW, was 125 MW) en warmtekrachtkoppeling (is 300 MW, was 200 MW).
Gemeenschappelijke beginselen
In de Richtsnoeren wordt bij de staatssteuntoets aangesloten bij de gemeenschappelijke beginselen die in het kader van de moderniseringsoperatie staatssteun zijn opgesteld. Hierdoor wordt gerealiseerd dat de Commissie gemeenschappelijke kenmerken van steun – ongeacht waarop de steun ziet – op gelijke wijze behandelt. Hierbij kan worden gedacht aan onder meer de volgende criteria: noodzakelijkheid, proportionaliteit, bijdrage aan duidelijk omschreven doelstelling van gemeenschappelijk belang, transparantie.

Hernieuwbare energie

De Commissie stelt dat hernieuwbare energie niet meer in haar kinderschoenen staat en dat het subsidiëren ervan – voor zover mogelijk – daarom steeds verder moet worden losgelaten. In de woorden van de Commissie:

“It is time for renewables to join the market. The new guidelines provide a framework for designing more efficient public support measures that reflect market conditions, in a gradual and pragmatic way. Europe should meet its ambitious energy and climate targets at the least possible cost for taxpayers and without undue distortions of competition in the Single Market. This will contribute to making energy more affordable for European citizens and companies.”

Ten opzichte van de concepttekst is dit onderdeel behoorlijk aangepast. De Richtsnoeren gaan niet meer in op steun toegekend door middel van Feed-In-Tariffs of Feed-In-Premiums maar zetten sterk in op de verschuiving naar daadwerkelijk concurrerende biedprocedure als instrument voor de overheid om steun te verlenen. Verder moet de doelstelling van de verleende steun in beginsel zijn dat uit hernieuwbare energie opgewekte elektriciteit in de markt wordt geïntegreerd.

De voorgestelde veranderingen met betrekking tot het subsidiëren van hernieuwbare energie wordt geleidelijk ingevoerd. Voor nieuwe projecten gelden vanaf 1 juli 2014 wel de nieuwe regels.

Energie-intensieve industrie

De Commissie erkent dat de stimulering van de productie van hernieuwbare energie een prijskaartje heeft. Uitgangspunt is dat alle energieverbruikers de kosten van de financiering van deze steun dragen. Onder voorwaarden is het echter toegestaan om afnemers in de energie-intensieve industrie voor deze kosten te compenseren.

De reden hiervoor is dat moet worden voorkomen dat de Europese energie-intensieve industrie internationaal in een slechtere concurrentiepositie komt te staan door deze kosten. De Richtsnoeren staan daarom het verminderen van de lasten voor de energie-intensieve industrie toe door middel van staatssteun. Echter, dit geldt alleen voor de sectoren die in bijlage 3 bij de Richtsnoeren worden genoemd.

Uit de Richtsnoeren blijkt ook dat een overgangsperiode geldt tot 1 januari 2019. De lidstaten dienen wel een aanpassingsplan op te stellen en voor te leggen aan de Commissie, zodat per 1 januari 2019 de steunregelingen volledig in overeenstemming met de Richtsnoeren zijn.

Energie-infrastructuur

Een moderne energie-infrastructuur is van cruciaal belang voor een geïntegreerde Europese energiemarkt en om de Unie in staat te stellen haar ruimere klimaat- en energiedoelstellingen te bereiken. Steun voor energie-infrastructuur verbetert bijvoorbeeld de stabiliteit van het net, de leveringszekerheid, de integratie van verschillende energiebronnen en de energielevering bij minder ontwikkelde netwerken. De Commissie is daarom van mening dat steun voor energie-infrastructuur gunstig is voor de interne markt en daarmee een doelstelling van gemeenschappelijk belang vervult. De Richtsnoeren geven inzicht in de criteria waaraan steun voor energie-infrastructuren dient te worden getoetst. Met name steun voor cross-border infrastructuurprojecten wordt aangemoedigd door de Commissie.

Leveringszekerheid

Door de toename van het aandeel hernieuwbare energie in de totale energievoorziening, evolueert de elektriciteitsproductie in veel lidstaten van een net met betrekkelijk stabiele en continue levering naar een net met levering door een groter aantal en kleinschaligere variabele bronnen. Deze verschuiving creëert nieuwe uitdagingen om de leveringszekerheid te garanderen. In sommige lidstaten wordt dit ondervangen door steun te verlenen aan producenten voor het beschikbaar houden van productiecapaciteit. In de Richtsnoeren wordt ingegaan op de criteria waaraan de Commissie deze steun aan producenten toetst.

Dit artikel is geschreven door:

Mariska van de Sanden

Pierrette Gaasbeek

Volg ons op

Laatste nieuws