Tijdens haar laatste bijeenkomst heeft de Douanewaarde Expert Groep besloten om de definitie inzake de domestic sale (“binnenlandse verkoop”) – zoals opgenomen in een juridisch niet-bindende richtsnoer van de Europese Commissie – te schrappen.
De voormalige douanewetgeving gaf de mogelijkheid een eerdere- of eerste verkooptransactie (zgn. “first sale“) te gebruiken als waarde waarover douanerechten worden geheven (“douanewaarde”). De huidige douanewetgeving impliceert juist dat de laatste verkooptransactie moet worden gebruikt als douanewaarde.
De definitie van “binnenlandse verkoop” voorziet erin dat de laatste verkooptransactie – tussen twee in de EU gevestigde (rechts)personen – niet kan worden gebruikt als douanewaarde. Het schrappen van deze definitie betekent dat dergelijke transacties in de toekomst wél in kunnen worden gebruikt als douanewaarde. Daar latere verkooptransacties in de transactieketen gewoonlijk hogere prijzen hebben, zal de douanewaarde en dus het bedrag aan te betalen douanerechten hoger uitvallen.
EU-douaneautoriteiten kunnen besluiten (nu al) af te wijken van het toepassen van de “binnenlandse verkoop”, waardoor verschillen in interpretatie en uitleg ontstaan omtrent de EU douaneregels. Dit kan leiden tot onzekerheid voor importeurs omtrent het correct aangeven van de douanewaarde. Klik hier voor meer informatie over de mogelijke onzekerheid voor importeurs.